De duurbetaalde belasting op gas en stroom verdwijnt in hoog tempo in de zakken van de vervuilende fossiele industrie. Ook in Nederland.
Red de wereld: sloop de natuur! Niet alleen in Nederland is dit nog steeds de cynische realiteit in de energietransitie. Want ook al wil minister Rob Jetten af van subsidies op biomassa als ‘groene’ brandstof, in weerwil van dit kabinetsbeleid vraagt Vattenfall doodleuk opnieuw bijna 400 miljoen euro subsidie aan voor het opstoken van houtpellets, voor stadsverwarming in Amsterdam. Shell heeft het al gekregen, in Rotterdam.
Honderden miljoenen voor olie- en gasbedrijven, dat klinkt nogal tegenstrijdig met alle mooie woorden over het bestrijden van de opwarming van de aarde. De geldstromen vanuit zowel de Green Deal van de Europese Commissie als van overheden zoals de Nederlandse, zijn dat ook: er gaat erg veel geld naar de fossiele industrie.
Daar zit een gedachte achter: met het geld kunnen de petrochemische- en energiebedrijven maatregelen bekostigen die de uitstoot van broeikasgassen verminderen. Als u subsidie kunt aanvragen voor zonnepanelen op je dak, dan geldt dat ook voor een fabriek. Bij de industrie zijn immers grote klappers te maken.
Dat is de groene droom, en net als bij zoveel andere wensgedachten staan wetten en praktische bezwaren in de weg bij het omzetten ervan in echte daden. Neem de oorlog in Oekraïne: door de gestegen energieprijzen en dalende levering van aardgas uit Rusland begon Duitsland, vlak over de Limburgse grens in Garzweiler, weer met de bruinkoolwinning, ook al is dit de meest vervuilende kolensoort die bestaat. Maar ja, de kerncentrales moesten nu eenmaal uit, zo hadden kabinetten-Merkel besloten.
Kan het cynischer? Jazeker: eigenaar van de mijn, energiebedrijf RWE, kon een jaar eerder nog een beroep doen op subsidie van de Duitse overheid, in ruil voor het versneld sluiten van Garzweiler en andere bruinkoolmijnbouw. Deze brandstof maakte in 2020 nog 17 procent uit van alle energiebronnen in Duitsland, tegen 10 procent afkomstig van zon.
In Nederland is weliswaar geen bruinkoolwinning, maar er zijn wel genoeg andere fossiele industrieën die graaien uit de klimaatpot (gevuld met onder andere duurzame opslagen op de energierekening, zoals SDE+). Neem al het afval dat uit Rome en het VK naar Amsterdam wordt vervoerd om in de Amsterdamse gemeentelijke afvalovens te verbranden: duurzame energie, mét subsidie.
Daar gaat minder geld in dan in biomassa subsidies, die minister Jetten vorig jaar zei te willen stoppen. Dat is niet gelukt. Sterker nog: houtpellets, -chips, zaagsel, snoeiafval en ‘brandhout’ voor de energieopwekking werden juist populairder dan ooit. Bomen zijn booming.
Dat is bijvoorbeeld te lezen in het jaarverslag van Staatsbosbeheer (SBB), verzelfstandigd maar nog steeds onderdeel van de overheid. Door de hoge energieprijzen was de vraag naar houtige biomassa zo groot, dat SBB in het buitenland extra moest inkopen om aan de contracten voor levering aan (energie)bedrijven te kunnen voldoen. De omzet van de voor gesubsidieerde verbranding verkochte biomassa steeg vorig jaar naar 9 miljoen euro, 14 procent meer dan het jaar ervoor.
In de bossen van SBB werd vorig jaar 43,6 miljoen kilo biomassa ‘geoogst’, tegen 52,3 miljoen een jaar eerder. Door de oorlog stegen de prijzen voor houtpellets dan ook met meer dan 30 procent, meldt het jaarverslag.
Daarmee worden ettelijke miljoenen per jaar verdiend; Staatsbosbeheer hield de opbrengsten op peil (23 miljoen euro inclusief zaaghout) terwijl de oogst flink verminderde. Het fanatieke kapbeleid staat inmiddels bovenaan de inventarisatie van de belangrijkste risico’s voor de bedrijfsvoering, de imagoschade is groot.
Biomassa was altijd al een dure oplossing uit het verleden die niet werkte. Honderden miljoenen euro subsidie zijn geen uitzondering, ook al maakt het bijstoken van groenafval maar een klein deel uit van onze energiemix.
Het is niet alleen goed voor de luchtkwaliteit en vanwege de besparingen, het zou ook de acceptatie van de energietransitie ten goede komen. Niemand kan namelijk uitleggen dat geld voor schone lucht wordt verkregen, terwijl er boompjes en takken worden verbrand.
Het is dan ook schokkend, dat Vattenfall nu een subsidieaanvraag voor 395 miljoen euro indient, voor een biomassacentrale in Diemen, schrijft Fenna Swart. Zij is hoofd Onderwijs- en Onderzoeksbeleid bij de faculteit Gezondheid van de Hogeschool van Amsterdam, en directeur van Comité Schone Lucht.
De centrale moet een zo energiezuinig mogelijk ding worden, daar doet Vattenfall echt zijn best voor, legt het bedrijf op haar eigen site uit. Technische dienstverlener Equans legt een E-boiler aan, die op zonnige dan wel winderige dagen via panelen en molens een reservoir van 20.000 liter water kookt, en dan nog ietsje hoger, tot het op 110 graden Celsius naar de stadsverwarming kan. Op andere dagen: bijstoken. Omdat het Amsterdam is, even groen als links en sinds 1966 ook Democratisch, mag in deze oven niet zomaar alles op de brandstapel. Het astronomische mestoverschot duurzaam vergisten bijvoorbeeld: pieker daar maar niet over.
In de hoofdstad mag alleen schoon hout in de stookoven, is contractueel vastgelegd. Vattenfall moet dat voor een belangrijk deel in het buitenland kopen, legt het bedrijf hier uit. Het gaat om restjes van hout dat ook naar Ikea zou kunnen, benadrukt Vattenfall.
Subsidie moet komen uit de pot met geld voor stimulering van duurzame energie. Die is Vattenfall toegezegd voor een nieuwe biomassacentrale die in Diemen gebouwd moet komen. De overheid zou in de bouwkosten en het gebruik als stadsverwarming voor huizen in Amsterdam maar liefst 395 miljoen euro bijdragen.
Er volgt nog een 2e deel.